Het ligt voor de hand: om je kajak te draaien peddel je gewoon iets harder aan de tegenovergestelde richting. Maar eigenlijk remt dit je doorsnee snelheid af en je kajak maakt bijna geen bocht. Dit betekent dat we de voorwaartse slag iets moeten aanpassen, de zogenaamde voorwaartse boogslag.
Dit is een goede basis voor je als stuurslag, omdat je je snelheid behoudt en je beter in je peddelritme blijft.
De voorwaartse boogslag kun je toepassen wanneer je vaart of stil ligt.
Begin met de normale voorwaartse peddelgreep. Breng het peddelblad in het water zover als je op je gemak kunt reiken en houdt de holle zijde van het blad van je kajak af. Hou je andere hand redelijk laag.
Begin met een grote boog die start bij de boeg en eindigt bij de hek van je kajak. Om deze slag te maken draai je het bovenlichaam en beweeg je de handen bijna niet.
Aan het begin van de slag wordt de boeg van de kajak weggedrukt van de peddel en de hekzijde wordt naar de peddel toegetrokken in tegengestelde richting van je slag.
TIP: Soms is slechts een kleine correctie nodig om de kajak van richting te veranderen. Dan kun je volstaan met een slag ergens tussen een boogslag en een voorwaartse slag.
Om een kajak snel te draaien wanneer je stil ligt is een de achterwaartse boogslag een goede aanvulling. In feite is deze niet anders dan de voorwaartse, maar dan startend vanaf de hekzijde en eindigend ergens bij je tenen.